WOORDEN ZINNEN
mama O nee! De heg is weg!
papa Mama en papa koken samen.
sik
put
wijn
ik
maan
roos
vis
sok
oog
heg
weg
maag
feest
fien
lik
duif
bos
reuzen
WOORDEN ZINNEN
es Ik ken de les.
ren Ken je de les.
zet De beer eet een peer.
mes Ik eet heel graag een peer.
hek
bel
leg
gek
vet
eer
lees
keer
meet
geen
veel
zeer
neef
week
WOORDEN ZINNEN
om Het hol is van de mol.
tol De boom is heel erg hoog.
rok Jan eet een hap van de peer,mmmmmm.
mos
bos
vos
zon
dom
som